911 1978-1983 3.0L / SC

In 1978 onthulde Porsche de bijgewerkte versie van de 911, genaamd de '911SC'. Dit markeerde de herintroductie van de SC-bijnaam voor het eerst sinds de 356SC, anders dan de door racen ontworpen 356 Carrera. In tegenstelling tot zijn voorgangers beschikte de 911SC niet over een Carrera-variant. Hoewel hedendaagse Porsche-literatuur en websites geen periodespecifieke verklaring bieden voor ‘SC’, wordt het nu algemeen geïnterpreteerd als ‘Super Carrera’.

Onder de motorkap bevond zich een aluminium motor van 3,0 liter, uitgerust met Bosch K-Jetronic-brandstofinjectie, gecombineerd met een 915-transmissie met 5 versnellingen. Aanvankelijk had hij 180 pk (132 kW; 178 pk), later opgewaardeerd tot 191 pk (140 kW; 188 pk) en uiteindelijk tot 204 pk (150 kW; 201 pk) in 1981. De overstap naar een aluminium motor was bedoeld om de betrouwbaarheid van de behuizing te herstellen, een kenmerk lang afwezig vanwege het eerdere gebruik van magnesium.

Op de Frankfurt Motor Show van 1981 onthulde Porsche een Cabriolet-concept, met een cabrioletcarrosserieontwerp met vierwielaandrijving, hoewel dit kenmerk in de productieversie werd weggelaten. De eerste 911 Cabriolet kwam eind 1982 op de markt als model uit 1983, wat de terugkeer van Porsche op de cabrioletmarkt markeerde sinds het midden van de jaren zestig (356). Ondanks de premium prijs in vergelijking met de open targa, werden er in het eerste jaar 4.214 exemplaren verkocht. Sindsdien zijn cabrioletversies van de 911 een belangrijk aanbod gebleven.